29 november '21

Meer lenen is ‘natuurlijke reflex’, maar maakt wooncrisis alleen maar erger

Je weet het inmiddels: de huizenprijzen gaan door het dak. Jongeren en starters op de woningmarkt kunnen daardoor nauwelijks nog een koophuis betalen. De oplossing, zou je misschien zeggen, ligt voor de hand: verhoog het maximale hypotheekbedrag dat je kunt krijgen.

Geen goed idee, zeggen deskundigen en banken. Niet voor de markt én niet voor jou. Sommigen adviseren zelfs het maximale leenbedrag te verlágen. Hoe zit dat, en zijn er überhaupt nog maatregelen te verzinnen om de woningmarkt wat eerlijker te maken?

Meer dan 4 ton

Eerst even die hoge woningwaardes. Vooral dit jaar neemt de gemiddelde verkoopprijs enorm toe.

Volgens makelaarsvereniging NVM, die iets andere cijfers gebruikt, lag de gemiddelde verkoopprijs in het derde kwartaal (juli, augustus en september) zelfs al op 419.000 euro.

Het probleem: onze inkomens stijgen lang niet zo snel mee. Iemand met een bovenmodaal inkomen van 75.000 euro per jaar kan maximaal 395.000 euro hypotheek krijgen, terwijl een gemiddeld huis dus meer dan vier ton kost. Veel mensen, zeker starters en jongeren, worden in een duur huurhuis ‘gedwongen’ en zijn elke maand vaak veel meer kwijt dan als ze in een koophuis hadden gewoond.

Hun financiële achterstand op mensen die wél een huis bezitten en hun vermogen automatisch zien groeien, stijgt elke maand. “De ongelijkheid in de markt neemt toe”, zegt Jeroen Pels, directeur hypotheken bij de Triodos Bank. “Op de langere termijn denk ik dat dit niet houdbaar is.”

Overbieden doodnormaal

Starters hebben een extra lastig positie doordat je hypotheek tegenwoordig niet hoger mag zijn dan de woning waard is, terwijl je vaak wel extra geld nodig hebt om te kunnen meedoen met het overbieden. Een paar jaar geleden was overbieden nog ongebruikelijk, nu is het doodnormaal.

Je zou dus zeggen: verhoog het bedrag dat je mag lenen zodat jongeren wél fatsoenlijk kunnen meebieden. Maar de afgelopen jaren is die leennorm juist verlaagd.

Vóór 2012 berekenden geldverstrekkers de maximale hypotheek op een andere manier, maar kwamen ze in de praktijk uit op 117 procent van de marktwaarde. Sindsdien is het maximumbedrag afgebouwd naar 100 procent van de marktwaarde.

De reden van die afbouw? Voorkomen dat je in de schulden komt als de waarde van je woning daalt tot onder het hypotheekbedrag.

Arjan Vliegenthart, directeur van budgetinstituut Nibud: “We zijn het bijna vergeten, maar tien jaar geleden stonden huizen onder water en raakte ze je aan de straatstenen niet kwijt. Nu hebben we de koopmarkt goed gereguleerd. We zorgen ervoor dat kopers niet in betalingsproblemen komen.”

En dat is ook een reden om ook nu de leennorm niet te verhogen. “De hypotheeknormen zijn er niet alleen voor goede tijden, maar eigenlijk vooral voor wanneer het minder gaat”, zegt Vliegenthart.

Lees hier het gehele artikel
Bron: Nos.nl, 29-11-2021

Terug naar overzicht