Kwart huizenkopers betaalt vraagprijs of meer

In het tweede kwartaal van 2017 is voor 28% van de verkochte huizen de vraagprijs betaald of meer dan de vraagprijs. Tien jaar geleden, tijdens de vorige piek op de huizenmarkt, lag dat aantal met 9% veel lager. Dit blijkt uit een analyse van Calcasa, een technologiebedrijf gespecialiseerd in de waardering van onroerend goed.
Tien jaar geleden werden vooral in Amsterdam en Utrecht woningen verkocht voor de vraagprijs of hoger. In 2017 is dit fenomeen veel wijder verspreid. Behalve Amsterdam (79% van de transacties) en Utrecht (65%), gaat het om steden als Groningen (64%), Haarlem (63%), Amstelveen (62%), Almere (62%), Zaanstad (53%), Amersfoort (52%) en Leiden (51%).

Recordverkoop tweede kwartaal

Tijdens het dieptepunt van de kredietcrisis vier jaar geleden lag het aantal transacties nog op 123.000 woningen per jaar. In het jaar eindigend op 1 juli 2017 werd er een recordaantal van 276.000 woningen verkocht. Tegelijkertijd daalde het aanbod van 270.000 huizen in 2013 naar 152.000 woningen per eind juni 2017.

De huizenprijzen stijgen momenteel sneller dan in de afgelopen tien jaar. Die prijsstijging begon in de steden Amsterdam en Utrecht. Al snel volgden plaatsen als Rotterdam, Groningen, Den Haag. Breda, Eindhoven, Enschede,Arnhem en Nijmegen. Nu is ook in de kleinere gemeenten rondom deze plaatsen een prijsstijging waar te nemen.

De gemeenten waar de prijzen het afgelopen jaar het meeste toenamen liggen allemaal rondom Amsterdam. De gemeente Gooise Meren is koploper met een gemiddelde prijsstijging van 15,3%.

Bron: Financieel Dagblad 30 augustus 2017